Het leven in de tuin

In een gezonde en groene tuin staan verschillende planten. Zij bieden onderdak en voeding aan vlinders, bijen en andere insecten. In de bomen leven wormen, pissebedden, kevers, schimmels en nog veel meer soorten. Deze dieren trekken weer grotere dieren aan zoals vogels, egels en vleermuizen.

Maak van uw tuin een thuis voor dieren en volg de onderstaande tips:

  • Poot zoveel mogelijk (klim)planten zodat dieren plek hebben om te leven en voedsel kunnen vinden. Kies voor inheemse en onbespoten planten
  • Zorg voor extra onderdak door het ophangen van vogelkastjes, vleermuiskasten of insectenhotels. Kijk hiervoor op Natuurmonumentenshop | Beleef de natuur in Nederland.externe-link-icoon
  • Help egels door een opening van 13 x 13 cm in je schutting te maken zodat hij van de ene tuin naar de andere kan lopen. Doe dit met zoveel mogelijk buren en maak een egelsnelweg. Plaats een egelhuisje voor een goede slaapplek via Egels in uw tuin - Egelbescherming Nederlandexterne-link-icoon)
  • Dieren houden niet van een strakke opgeruimde tuin. Laat dus gerust uitgebloeide planten staan in de winter, schoffel niet te vaak en maak een rommelhoekje met gesnoeide takken en bladeren.
  • Zet waterschalen neer voor dorstige dieren. Vogels staan graag op een steen bij het badderen, insecten kunnen op de steen klimmen als ze in het water belanden. Egels hebben behoefte aan een lage rand waar ze overheen kunnen klimmen